Nederlands

Huidig
bestand
11
Uitspraak
Woordafbreking
  • ar·tro-
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Griekse 'arthron' (lid)

Voorvoegsel

artro-

  1. (medisch) ter vorming van woorden die met de gewrichten samenhangen

Gangbaarheid