Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • apen·aren·den
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de apenarendenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord apenarend
     Het is verboden apenarenden te vangen of te doden, maar controleren of dit verbod wordt nageleefd is in een land dat uit een kolossaal aantal eilanden en eilandjes bestaat niet goed mogelijk.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Niek Vechtmann
    Broedmachine moet apenarend helpen overleven in: Het vrije volk  , weekeditie (5 februari 1987), p. 21 kol. 5