anklager
- an·kla·ger
- Deense werkwoordsvorm met het voorvoegsel an-
Naar frequentie | 3207 |
---|
anklager
- nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht meervoud van anklage
- an·kla·ger
- Noorse werkwoordsvorm met het voorvoegsel an-
Naar frequentie | 4352 |
---|
anklager
- zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van anklage