afvluchtende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·vluch·ten·de
Werkwoord
vervoeging van: | afvluchten |
afvluchtende
- verbogen vorm van afvluchtend, het onvoltooid deelwoord van afvluchten
vervoeging van: | afvluchten |
verbogen vorm: | afvluchtendee |
afvluchtende