afdeppende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afdeppende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·dep·pen·de
Werkwoord
vervoeging van: | afdeppen |
afdeppende
- verbogen vorm van afdeppend, het onvoltooid deelwoord van afdeppen
vervoeging van: | afdeppen |
verbogen vorm: | afdeppendee |
afdeppende