achtergaande
- ach·ter·gaan·de
vervoeging van |
---|
achtergaan |
achtergaande
- (in een bijzin) enkelvoud tegenwoordige tijd aanvoegende wijs van achtergaan
- ... dat men achtergaande.
vervoeging van: | achtergaan |
achtergaande
- verbogen vorm van achtergaand, het onvoltooid deelwoord van achtergaan