accelereert
- Geluid: accelereert (hulp, bestand)
- ac·ce·le·reert
vervoeging van |
---|
accelereren |
accelereert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van accelereren
- Jij accelereert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van accelereren
- Hij accelereert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van accelereren
- Accelereert!
- Het woord accelereert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.