abdiserte
- ab·di·ser·te
- Noorse werkwoordsvorm met het voorvoegsel ab-, met het achtervoegsel -ere en met de woorduitgang -te
Naar frequentie | zeldzaan |
---|
abdiserte
- verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abdisere
- ab·di·ser·te
- Nynorske werkwoordsvorm met het voorvoegsel ab-, met het achtervoegsel -ere en met de woorduitgang -te
abdiserte
- verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abdisera
abdiserte
- verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abdisere