• aard·ap·pels

deaardappelsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aardappel
     De dagen bracht Kathrin op de crèche door; aan het eind van de dag haalde Kron haar op, bracht haar in de kinderwagen naar huis, verschoonde haar, baadde haar, sneed kippenborst en aardappels in kleine stukjes.[1]
  1. “Ons soort mensen” (2016), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789026334672