aanvriezende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·vrie·zen·de
Werkwoord
vervoeging van: | aanvriezen |
aanvriezende
- verbogen vorm van aanvriezend, het onvoltooid deelwoord van aanvriezen
vervoeging van: | aanvriezen |
verbogen vorm: | aanvriezendee |
aanvriezende