aanspreekpuntje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanspreekpuntje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈansprekˌpʏncə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·spreek·punt·je
Zelfstandig naamwoord
het aanspreekpuntje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanspreekpunt
Gangbaarheid
- Het woord 'aanspreekpuntje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.