Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Zwe·ve·gem·se
enkelvoud meervoud
naamwoord Zwevegemse Zwevegemsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Zwevegemsev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Zwevegem, of een vrouw afkomstig uit Zwevegem
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Zwevegemse

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Zwevegems

Gangbaarheid