Pennsylvania-Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Schtu·den·te

Zelfstandig naamwoord

Schtudente

  1. mannelijk meervoud van Schtudent
    «Die Schtudente hen dreizeh Lieder gsunge.»
    De studenten hebben dertien liedjes gezongen.
Opmerkingen