Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Meen·se
enkelvoud meervoud
naamwoord Meense (Meensen)
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Meensev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Menen, of een vrouw afkomstig uit Menen
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Meense

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Meens

Gangbaarheid