Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Kerk·brug·se
enkelvoud meervoud
naamwoord Kerkbrugse Kerkbrugsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Kerkbrugsev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Kerkbrugge-Langerbrugge, of een vrouw afkomstig uit Kerkbrugge-Langerbrugge
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Kerkbrugse

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Kerkbrugs

Gangbaarheid