Indiaansche Konijnen

  • In·di·aan·sche Ko·nij·nen

de Indiaansche Konijnenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord Indiaansch Konijn
     De Indiaansche Konijnen doen, ofschoon zwak, wonderbaarlijke sprongen.[1]
  1.   Weblink bron “Beschrijving der zoogdieren, volgens Buffon, in de volgorde van Cuvier” (1843), W.P. van Stockum, 's-Gravenhage, p. 33