• IPA: /tʃɛrɔkiːskɪ/
  • Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord čerokízský met het achtervoegsel -y.


čerokízsky

  1. (taal) (in het) Cherokee.
  2. op zijn Cherokee; op de Cherokee manier.
  1. čerokézsky (bw.), čerokézština v, čerokízština v
  2. -