zwelen
- zwe·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
zwelen |
zweelde |
gezweeld |
zwak -d | volledig |
zwelen
- overgankelijk het gedroogde hooi in regels bijeenharken
- Het hooi wordt, na gezweeld te zijn, aan de oever van het water gebracht en vandaar per schip vervoerd.
- Het woord zwelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwelen" herkend door:
15 % | van de Nederlanders; |
16 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be