zoekmaakte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zoekmaakte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zoek·maak·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zoekmaken |
zoekmaakte
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van zoekmaken
- ... dat ik zoekmaakte.
- ... dat jij zoekmaakte.
- ... dat hij, zij, het zoekmaakte.
- ... dat ik zoekmaakte.