wenkten
- wenk·ten
vervoeging van |
---|
wenken |
wenkten
- meervoud verleden tijd van wenken
- Wij wenkten.
- Jullie wenkten.
- Zij wenkten.
- Wij wenkten.
- Het woord wenkten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
wenken |
wenkten