voortduwden

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  voortduwden    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• voort·duw·den

Werkwoord

vervoeging van
voortduwen

voortduwden

1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van voortduwen
   

   • ...dat wij voortduwden. 
     
   • ...dat jullie voortduwden. 
     
   • ...dat zij voortduwden. 

Gangbaarheid

• Het woord voortduwden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.