voipte
- voip·te
vervoeging van |
---|
voipen |
voipte
- enkelvoud verleden tijd van voipen
- Ik voipte.
- Jij voipte.
- Hij, zij, het voipte.
- Ik voipte.
- Het woord voipte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
voipen |
voipte