vlij
- vlij
vervoeging van |
---|
vlijen |
vlij
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlijen
- Ik vlij.
- gebiedende wijs van vlijen
- Vlij!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlijen
- Vlij je?
- Het woord vlij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vlij" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be