verwarm
- ver·warm
vervoeging van |
---|
verwarmen |
verwarm
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwarmen
- Ik verwarm.
- gebiedende wijs van verwarmen
- Verwarm!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwarmen
- Verwarm je?
- Het woord verwarm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.