vertienvoudigden
- ver·tien·vou·dig·den
vervoeging van |
---|
vertienvoudigen |
vertienvoudigden
- meervoud verleden tijd van vertienvoudigen
- Wij vertienvoudigden.
- Jullie vertienvoudigden.
- Zij vertienvoudigden.
- Wij vertienvoudigden.
- Het woord vertienvoudigden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.