Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ras·sen·der·wijs
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

verrassenderwijs

  1. op een verrassende manier
    • Na een jaar lang niets gepresteerd te hebben, won de sporter verrassenderwijs een gouden medaille op de Olympische Spelen. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid