verprutst
- ver·prutst
- vervoeging van verprutsen: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van |
---|
verprutsen |
verprutst
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verprutsen
- Jij verprutst.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verprutsen
- Hij verprutst.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verprutsen
- Verprutst!
vervoeging van: | verprutsen… |
verbogen vorm: | verprutste |
verprutst
- voltooid deelwoord van verprutsen
- Het woord verprutst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.