• ver·ne·der·lands
vervoeging van
vernederlandsen

vernederlands

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vernederlandsen
    • Ik vernederlands. 
  2. gebiedende wijs van vernederlandsen
    • Vernederlands! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vernederlandsen
    • Vernederlands je?