Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·kinds·te

Werkwoord

vervoeging van
verkindsen

verkindste

  1. enkelvoud verleden tijd van verkindsen
    • Ik verkindste. 
    • Jij verkindste. 
    • Hij, zij, het verkindste. 
vervoeging van: verkindsen…
verbogen vorm: verkindstee

verkindste

  1. verbogen vorm van verkindst, voltooid deelwoord van verkindsen

Gangbaarheid