vergaans
- ver·gaans
vergaans
- genitief van vergaan
- ... en dat Hij, slapende, door wateren en winden aanloopen, tot vergaans toe bestoken laat, ...[1]
vergaans
- partitief van de stellende trap van vergaan
- ↑ Isaäc da Costa blz 39
Voorlezingen over de verscheidenheid en de overeenstemming der vier evangelien: of proeve van de middelen, welke de Bijbel ook den niet wetenschappelijken onderzoeker aanbiedt tegen de aanvallen van het ongeloof
Isaäc da Costa
S. e̊n J. Luchtmans, 1840
- Het woord vergaans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.