Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·adem·de

Werkwoord

vervoeging van
verademen

verademde

  1. enkelvoud verleden tijd van verademen
    • Ik verademde. 
    • Jij verademde. 
    • Hij, zij, het verademde. 
  2. verbogen vorm van verademd, voltooid deelwoord van verademen

Gangbaarheid