• vak·ken·vult
vervoeging van
vakkenvullen

vakkenvult

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vakkenvullen
    • ... dat jij vakkenvult. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vakkenvullen
    • ... dat hij vakkenvult. 
    • Een van hen vertelt me dat hij naast zijn studie vakkenvult in de supermarkt, maar dit lijkt hem leuker werk.  [1]