uitnemenders

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  uitnemenders    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• uit·ne·men·ders

Bijvoeglijk naamwoord

uitnemenders

1. partitief van de vergrotende trap van uitnemend

   • Dat is iets uitnemenders... 

Gangbaarheid

• Het woord uitnemenders staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.