tweehonderddrieënnegentigs

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·hon·derd·drieën·ne·gen·tigs

Zelfstandig naamwoord

de tweehonderddrieënnegentigsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tweehonderddrieënnegentig

Gangbaarheid