totaliseert
- Geluid: totaliseert (hulp, bestand)
- to·ta·li·seert
vervoeging van |
---|
totaliseren |
totaliseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van totaliseren
- Jij totaliseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van totaliseren
- Hij totaliseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van totaliseren
- Totaliseert!
- Het woord totaliseert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.