telebankier
- Geluid: telebankier (hulp, bestand)
- te·le·ban·kier
vervoeging van |
---|
telebankieren |
telebankier
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van telebankieren
- Ik telebankier.
- gebiedende wijs van telebankieren
- Telebankier!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van telebankieren
- Telebankier je?
- Het woord telebankier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.