sympathiseerden
- sym·pa·thi·seer·den
vervoeging van |
---|
sympathiseren |
sympathiseerden
- meervoud verleden tijd van sympathiseren
- Wij sympathiseerden.
- Jullie sympathiseerden.
- Zij sympathiseerden.
- Wij sympathiseerden.
- ▸ Er was niets mis mee dat mensen uit de hogere klasse sympathiseerden met de arbeidersbeweging, zo was hij begonnen.[1]
- ▸ Wie zou toegeven dat ze sympathiseerden met de kolonisatoren tegen de oorspronkelijke bevolking? Maar het is waar wat ik schreef.[2]
- Het woord sympathiseerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044625691
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767