stuurt thuis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stuurt thuis
Werkwoord
vervoeging van |
---|
thuissturen |
stuurt (...) thuis
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuissturen
- Jij stuurt thuis.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuissturen
- Hij stuurt thuis.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van thuissturen
- Stuurt thuis!
Gangbaarheid
- Het woord 'stuurt thuis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.