Nederlands

Uitspraak

h*IPA: /styrt/

Woordafbreking
  • stuurt

Werkwoord

vervoeging van
sturen

stuurt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sturen
    • Jij stuurt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sturen
    • Hij stuurt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van sturen
    • Stuurt!