• stok·ou·de·re

stokoudere

  1. verbogen vorm van de vergrotende trap van stokoud
    • In de discussie over de reuzenmunt wordt gesteld dat als de Republikeinen een stokoude wet aangrijpen om het schuldplafond politiek te misbruiken, de andere kant dat met een nog stokoudere wet ook mag. [1]
  • "Stokoud" is een absoluut begrip, zodat trappen van vergelijking in de letterlijke betekenis niet mogelijk zijn. Het gaat daarbij dus altijd om de figuurlijke betekenis "heel oud", die door deze eigenlijk onmogelijke vorm extra nadruk krijgt.