• ster·vens

stervens

  1. genitief van sterven
    «Mijn ziel is zeer bedroefd, tot stervens toe. [1] »
    .. zodat ik er van sterf.
    «Hij had het stervens benauwd.»
    ... zo benauwd dat hij er bijna van stierf.
  1. Mattheüs 26:38