steigerden
- Geluid: steigerden (hulp, bestand)
- stei·ger·den
vervoeging van |
---|
steigeren |
steigerden
- meervoud verleden tijd van steigeren
- Wij steigerden.
- Jullie steigerden.
- Zij steigerden.
- Wij steigerden.
- Het woord steigerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.