Deens

Woordafbreking
  • sta·bilt

Bijvoeglijk naamwoord

stabilt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van stabil
Antoniemen


Noors

Woordafbreking
  • sta·bilt
Naar frequentie 11345

Bijvoeglijk naamwoord

stabilt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van stabil
Antoniemen


Nynorsk

Woordafbreking
  • sta·bilt

Bijvoeglijk naamwoord

stabilt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van stabil
Antoniemen