slurpten
- slurp·ten
vervoeging van |
---|
slurpen |
slurpten
- meervoud verleden tijd van slurpen
- Wij slurpten.
- Jullie slurpten.
- Zij slurpten.
- Wij slurpten.
- Het woord slurpten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
slurpen |
slurpten