saust
- saust
vervoeging van |
---|
sauzen |
saust
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sauzen
- Jij saust.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sauzen
- Hij saust.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van sauzen
- Saust!
vervoeging van |
---|
sausen |
saust
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sausen
- Jij saust.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sausen
- Hij saust.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van sausen
- Saust!
- Het woord saust staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.