ringeloorden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rin·ge·loor·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ringeloren |
ringeloorden
- meervoud verleden tijd van ringeloren
- Wij ringeloorden.
- Jullie ringeloorden.
- Zij ringeloorden.
- Wij ringeloorden.
vervoeging van |
---|
ringeloren |
ringeloorden