rijtjes
- [1] rij·tjes
- [2] rijt·jes
de rijtjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rij
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rijt
- Het woord rijtjes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.