richtte herin
- richt·te her·in
vervoeging van |
---|
herinrichten |
richtte (...) herin
- enkelvoud verleden tijd van herinrichten
- Ik richtte herin.
- Jij richtte herin.
- Hij, zij, het richtte herin.
- Ik richtte herin.
- Het woord 'richtte herin' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.