retourneert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: retourneert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- re·tour·neert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
retourneren |
retourneert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van retourneren
- Jij retourneert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van retourneren
- Hij retourneert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van retourneren
- Retourneert!