relayeert
- re·lay·eert
vervoeging van |
---|
relayeren |
relayeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van relayeren
- Jij relayeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van relayeren
- Hij relayeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van relayeren
- Relayeert!
- Het woord relayeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.